Inleiding:
We beginnen de les met het beschouwen van een beeld van een van John Coulthart.
Mickey Mondrian.
We laten er diverse visies op los met de kennis die we tot op heden opgedaan hebben.
Wat wil de schilder hiermee zeggen?
Vindt hij dat Mondriaan gedegradeerd wordt tot een post modernistisch,
puur voor de vermaak en ontspannings schilder?
Of verwijst hij ook nog naar de klassieke periode door de entourage van houten vloer en witte muren?
Alle drie de periodes in de beeldcultuur komen aan bod.
Tijdens de tweede les beeldende vorming hebben we al een beetje inzicht gekregen in de vijf beeldaspecten door het bespreken van Wally. Deze les gaan we er dieper op in aan de hand van een aantal beelden die we krijgen en waar we het juiste beeldaspect bij moeten zoeken.
Beeldaspecten aangeven is een soort vakjargon zodat we over de beelden kunnen praten:
"de grammatica van de beeldtaal":
1) Ruimte.
2) Kleur
3) Vorm
4) Textuur/structuur
5) Compositie.
Reflectie: Bij de lessen beeldende vorming op school dienen de beeldaspecten om de sfeer, het verhaal van de opdracht te benadrukken. Ze staan in dienst van de inhoud en de expressie. Post-moderne opdrachten zijn daarom niet geschikt voor het basis onderwijs. Een kind werkt vanuit een verhaal wat het om wil zetten in beeld.
Praktische opdracht:
Maak een modernistische selfie met het programma p.s.touch.
De expressie is belangrijk.
Portret van een "Wit Lief Wief"
Kleur: de expressie op het gezicht doet het vermoeden dat het gaat om een gemeen, heks-achtig beeld. De blauwe strepen benadrukken de gemene trekken en ook het groene oog en lippen.
Maar de kleuren geven aan dat de persoon niet echt gemeen of eng is. Dit komt door de roze en witte kleur accenten.
Vorm: De vorm van het hoofd is langwerpig. Een lang smal gezicht, zodat de suggestie van gemeen en eng er is.
De armen en schouders zijn omhoog zodat er wordt gesuggereerd dat je gegrepen gaat worden!
Textuur:je ziet dat het gezicht gerimpeld en oud is. Hierdoor wordt ook de suggestie van gemeen en hatelijk versterkt.
De compositie: De hele compositie is in principe een driehoekscompositie. Alleen doordat de armen omhoog staan is er ook een omgekeerde driehoek aanwezig in het beeld. Dit maakt het beeld erg interessant doordat de maakster hiermee de tegenstellingen in haarzelf probeerde aan te geven. De driehoek met de punt omhoog( hoofd is de punt) is het klassieke beeld van een heks, maar in de driehoek met de punt omlaag zie je veel roze en armen die de kijker willen omarmen.:)
Ha,ha, leuke opdracht! Veel geleerd!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten